Papiersoorten

Er zijn honderden soorten fotopapier van verschillende grote en kleine merken. In principe geeft het papier van de printer-fabrikant zelf al direct heel goede resultaten en kent de printer die papiersoorten ook het best.
Er zijn echter ook grote papierfabrieken die hun eigen merk uitbrengen, vaak van zeer hoge kwaliteit. Merken als HahneMuhlen en Canson zijn in de kunstenaarsbranche van oudsher bekend om hun teken- en aquarelleer papieren. Zij maken ook museum-kwaliteit fotopapapieren met een ditto prijskaartje eraan.

In principe zijn er 3 soorten papier:
– Resin-Coated (RC) of Photo Paper is papier met een plastic coating
– Fiber is papier dat is geperst uit katoenvezel
– Fine Art is geschept papier.
Het verschil zit ´m vooral in de textuur van het papier:
De RC papiers zijn helemaal glad, en de Fine Art papieren hebben in min of meerdere mate een werkje, de textuur.
Fiber-papier zit daar een beetje tussenin, maar is gladder dan Fine Art.  Fiber papier kan ook nog een bariumsulfaat laag hebben die we “bariet” noemen. Daardoor wordt het papier op natuurlijke wijze witter. Bariet-papier kennen we nog uit de tijd van de lichtgevoelige papieren. Ze hebben een heel bijzondere glans, waarover later meer.
Andere papieren kunnen witter gemaakt worden met chemische witmakers (Optical Brightening Agents, OBA’s) maar daarvan gaat de kleurweergave minder lang mee omdat de witmakers gaandeweg uit het papier trekken.
Fine Art papieren hebben geen chemische witmakers en zijn dus altijd wat geler van kleur. De houdbaarheid van Fine Art papier is vele malen langer dan die met een plastic coating. Daarom worden dit soort papieren ook wel met “museum-kwaliteit” aangeduidt. Fine Art papier heeft altijd een mat oppervlak.

De mate van glans is een andere eigenschap van fotopapier. Er zijn weer 3 soorten van glans:
– Hoogglans (glossy). Dit is erg geschikt voor foto’s met felle kleuren en een hoge kleurverzadiging (saturatie). Nadeel is dat door de hoge glans de omgeving snel relecteert, waardoor hoogglans minder geschikt is voor grote donkere vlakken. Daardoor is het ook minder geschikt voor zwart/wit. Vingerafdrukken zijn gauw zichtbaar.
– Luster. Dit is een tussenvorm tussen hoogglans en mat. Hiervoor bestaan veel verschillende termen: lustre, semi-gloss, pearle, semi-matte etc, afhankelijk van de mate van glans. Ook bariet-papier heeft een subtiel, semi-glanzend oppervlak.
Dit soort papieren zijn geschikt voor veel soorten afdrukken, ook voor zwart/wit.  Het is wel een “middle-of-the-road” keuze:  de meeste prints worden op dit soort papier gemaakt.
Barietpapier is erg gevoelig voor krassen en vingerafdrukken, maar andere semi-glanzende papier zijn veel minder gevoelig voor aanrakingen.
– Mat. Dit soort papier is erg geschikt voor pastel-achtige kleuren en mooi doortekende zwart/wit afdrukken. In combinatie met het wat gelige Fine Art papier krijgt je dan heel subtiele afdrukken. Hoewel mat papier niet erg gevoelig is voor vingerafdrukken, zijn de Fine Art papieren wel gevoelig voor aanrakingen omdat de ruwe vezeltjes snel loslaten.

Een belangrijk getal in de papierwereld is “dMax” : de maximale Density (zwarting) die het papier kan behalen. Hoe hoger de dMax, hoe dieper de zwart-tinten dat het papier kan weergeven. Deze waarde wordt onder andere bepaald door de mate waarop de inkt in het papier dringt en zich verspreidt.

Ik haal mijn fotopapier bij http://www.inktjetwinkel.nl/ aan de Basisweg 45 in Amsterdam. Daar hebben ze van vrijwel alle merken voorbeelden. De meeste merken leveren ook proefpakjes op A4.

Hans van der Kruijf